Categorieën
Scandinavië2025

wo 16 jul – Zweden | dag 20 – een stralende dag op Djurgården (en een “strand” van 200m²)

Het weer voorspellen in deze regio bleek voor de weerapps een uitdaging de afgelopen weken: vaak hadden die tegenstelde meningen of bleken de voorspellingen niet uit te komen. Maar vanochtend waren ze het allemaal eens: het zou een stralende (en warme!) dag worden. De eerste echte zomerse dag in Stockholm sinds weken blijkbaar. En dus pasten we het voorziene programma licht aan: we gingen ’s morgens al naar het Vasa museum in plaats van in de namiddag, zouden dan een lange wandeling maken over Djurgården en eindigen met een bezoekje aan het strand.

Op weg naar Vasamuseet zagen we heel weinig volk. Een beetje vreemd na de overrompeling van toeristen gisteren. Zozeer zelfs dat Philippe zich afvroeg of het museum al open zou zijn. Maar dat had ik vanmorgen nog gecheckt: in de zomer is het open vanaf 8u30. Er waren dus geen wachtrijen en het was dus heerlijk rustig toen we toekwamen.

In het museum zie je het machtige oorlogsschip Vasa, dat het mooiste moet zijn geweest van de hele vloot van koning Gustav Il Adolf. Het lag eeuwenlang op de bodem van de haven van Stockholm, sinds het op 10 augustus 1628 het anker lichtte voor zijn eerste reis en na 20 minuten al zonk. In 1956 vond een in scheepvaartgeschiedenis gespecialiseerde ingenieur met behulp van een eenvoudige sonde het wrak terug. En door het lage zoutgehalte van het water en de dikke laag modder op de havenbodem was een heel groot deel van het schip bewaard gebleven. In 1961 kon het wrak vrijwel intact geborgen worden. Om het te kunnen bewaren is het daarna maar liefst 17 jaar lang besproeid met polyethyleenglycol. Dat wordt in archeologie gebruikt als conserveringsmiddel voor organische materialen, vooral bij hout dat eeuwenlang onder water heeft gelegen. Hierdoor wordt voorkomen dat het hout vervormt, krimpt of barst als het opdroogt.

We startten ons bezoek met het bekijken van de introductievideo, die elke 20 minuten te bekijken is. Het geeft een goed overzicht van wat er gebeurd is, al bleef de video vrij vaag over het waarom van het kapseizen. Toen we uit het auditorium kwamen, bleek er heel wat meer volk in het museum te zijn – ik vermoed dat intussen een paar toeristenbussen waren gearriveerd.

Het schip zelf is erg indrukwekkend en ook de audiogids is verhelderend. De moeite van een bezoek waard, al wisten we op het einde nog altijd niet goed waarom het zo snel gezonken is. Pas in de jaren 2010 is er intensief onderzoek naar gebeurd en het is wellicht een combinatie van factoren geweest:

  • De Vasa was had een te hoog zwaartepunt, waardoor het schip instabiel was. Het deel van de romp dat boven de waterlijn uitstak was te hoog en te zwaar in verhouding tot de hoeveelheid romp in het water.
  • Er zijn verschillende meetsystemen gebruikt tijdens de bouw: archeologen hebben vier linialen gevonden in het wrak: twee waren in “Zweedse voet”, onderverdeeld in 12 inch, en de andere twee in “Amsterdamse voet”, onderverdeeld in 11 inch. Hierdoor ontstonden asymmetrieën: het schip is zwaarder aan bakboordzijde dan aan stuurboordzijde.
  • Er was te weinig ballast laag in het schip om het gewicht van de kanonnen en de hoge opbouw te compenseren. De koning wilde twee kanondekken en de scheepsbouwer, de Nederlander Henrik Hybertsson, had nog nooit een schip  gebouwd met twee kanondekken of met zoveel kanonnen. Hij besloot dan maar het zekere voor het onzekere te nemen en heeft de dekken veel zwaarder  gemaakt dan nodig was.

Na het bezoek begonnen we aan een lange wandeling over Södra Djurgården. Het is een schiereiland met heel wat groen, midden in Stockholm. Ik had een espresso-pauze voorzien in Rosendals Trädgård, een café/restaurant bij een tuincenter waar ze uitsluitend met organische en biologische ingrediënten werken, maar er was enkel een grote kan filterkoffie. Toen we aan een serveerster vroegen waarom dat was, zei ze “we Swedes are not picky when it comes to coffee.” Wel, wij zijn dat wel, en dus lieten we de Trädgård links liggen en gingen op zoek naar een beter adres. Dat vonden we bij Djurgårdsbrunns Wärdshus, een etablissement aan de rand van het water dat al bestaat sinds 1742, al is er nu nog maar een klein deel over van de oorspronkelijke herberg.

We zetten dan onze wandeling verder tot in de Thielska Galleriet. Dat is een art-nouveauvilla, gebouwd voor bankier Ernest Thiel in 1904 die nauwgezet gerestaureerd is. De villa is ingericht met elegant meubilair dat typerend is voor zijn tijd en aan de muren hangen heel wat schilderijen die Ernest en Signe Maria Thiel in hun leven hebben verzameld. Ernest Thiel (1859-1947) nam architect Ferdinand Bo berg onder de arm om dit herenhuis te bouwen waarin hij een woning creëerde ‘waarvan de muren bedekt zijn met schilderijen’. Buitengesloten door de hogere kringen van Stockholm bezocht het echtpaar uitsluitend kunstenaars, schrijvers en componisten.

Voor de terugkeer namen we de overzetboot, die elke 10 minuten tussen Slussen en Djurgården vaart. Daarbij kwamen we voorbij het ABBA museum, dat we echter links lieten liggen, net zoals het immense attractiepark Tivoli Gröna Lund.

Na nog een espresso in Svedjan Bageri, een fijne koffiebar vlakbij ons hotel, namen we de bus naar Tanto strandbad, een strand op het schiereiland waar we verblijven. Al is “strand” een eufemisme: er is een zandstrook van pakweg 5 meter breed en 40 meter lang. 200m² strand dus. En vermits het de eerste echte zomerdag in Stockholm was, was elke vierkante centimeter ingenomen. Ook op het ponton ernaast was het erg druk. Maar gelukkig ligt er ook een vrij groot park naast waar we een uurtje of zo van de zon hebben kunnen genieten.