Categorieën
Argentinië/Uruguay

ma 11 nov – Argentinië | dag 8 – een onverwachte ontmoeting in Bariloche

Vandaag was een reisdag: we verlieten Buenos Aires en beginnen aan onze trip door Patagonië. Eerst in Bariloche (en de 7 meren), vanaf zaterdag in El Calafate and later El Chaltén. In het verslag van onze eerste dag gaf ik al aan dat ik rekening hield met 3 mogelijke problemen hier in Argentinië en dat de eerste 2 zich niet bleken te stellen. Of het derde, de frequente stakingen bij Aerolíneas Argentinas onze geplande vluchten in de war zouden sturen, zouden we pas later weten. We zijn intussen in Bariloche via een vlucht die perfect op schema vertrokken is en exact op tijd is toegekomen. Dus voorlopig is ook van dat derde probleem geen sprake. Maar toch was de dag redelijk stressvol, en dat lag aan het openbaar vervoer in Buenos Aires.

We moesten naar de luchthaven Jorge Newbery (AEP). Vandaar vertrekken de meeste binnenlandse vluchten (er is ook een internationale luchthaven,Aeropuerto Internacional Ministro Pistarini, die een heel eind uit de stad ligt, waar sommige binnenlandse vluchten ook van vetrekken, dus het is even opletten). De Jorge Newbery luchthaven die wij moesten hebben, ligt eigenlijk in de stad, aan het water, maar heeft geen metroverbinding. Je moet dus met de bus of de taxi. We dachten dat we het systeem van de bussen intussen wel doorhadden. Ze hebben allemaal een groot nummer vooraan. Vanaf ons hotel konden we volgens Google Maps met bus 45 of bus 8. Bus 45 rijdt regelmatiger dan bus 8, dus ik stelde voor om op bus 45 te wachten (beide bussen stoppen niet op dezelfde plaats, begrijpe wie kan). Het duurde niet zo lang voor een bus 45 kwam aangereden. Bij het opstappen moet je zeggen waar je naartoe gaat, zodat de chauffeur het juiste bedrag kan ingeven dat dan van het tegoed op je SUBE-kaart wordt gehaald. Maar toen ik zei “aeropuerto” schudde die van nee. Hij zei ook iets van een andere bus, maar wat precies heb ik niet verstaan. Wij dus terug van de bus. Niet veel later kwam bus toe zonder nummer, maar met een vliegtuigsymbool. Philippe deed die stoppen, vroeg of die naar de “aeropuerto” ging, maar ook dat bleek niet het geval?! Ook bij een tweede bus 45 vingen we bot.

Dat zorgde dus voor heel veel stress, want alternatieven had ik niet, behalve teruggaan naar het hotel, daar om een taxi te vragen en te hopen dat die niet te lang op zich zou laten wachten. Er kwam dan toch nog een derde bus 45 langs en toen we, zonder weinig hoop, opnieuw vroegen “aeropuerto?”, knikte de chauffeur ja en konden we dus toch zonder probleem mee.

Wat precies de logica is, is ons nog steeds niet duidelijk. We vermoeden dat er verschillende bussen 45 zijn, die niet allemaal de luchthaven aandoen. Waarom ze dan wel allemaal hetzelfde nummer hebben, begrijpen we niet. Ik denk dat het voor de Argentijnen ook niet helemaal duidelijk is, want mensen die opstapten moesten vaak vragen of de bus naar de luchthaven ging. Maar verder schijnt niemand zich vragen te stellen bij het feit dat het misschien toch iets eenvoudiger kan, met bijvoorbeeld andere nummers of een letter na het nummer. Het geeft voor ons weer hoe weinig ambitie er is om dingen te verbeteren. Niet dat dat in België vaak beter is trouwens…

In Bariloche kan je met bus 72 van de luchthaven naar het centrum, maar die rijdt maar om de 90 minuten. We hadden vrij snel onze bagage, dus het zou nog meer dan een uur wachten zijn. Bij het buitenkomen word je meteen gevraagd of je een taxi nodig hebt, maar dat vertrouwden we niet. Er was een infodesk met iemand die Engels sprak, en die gaf aan dat er een “collectivo”-service is, waarbij je voor 5.000 ARS (een kleine 5 euro) per persoon naar het centrum kan. Dat is niet zoveel duurder dan de bus (zowat 4.000 ARS). Dus kozen we voor die collectivo. Je moet daarbij dan wel even wachten tot het busje genoeg passagiers heeft, maar we waren toch zowat een uur sneller dan met de bus aan ons hotel.

Het wordt vanaf nu een andere reis, met vooral natuur in plaats van musea en bezienswaardigheden. En een pak kouder ook: toen we in Buenos Aires vertrokken was het 23 graden, in Bariloche 6, met een gevoelstemperatuur van -1 (volgens Accuweather). Het hotel ligt in het centrum, vlakbij het meer, en dus trokken we daarnaar toe voor het uitzicht. Dat was vrij spectaculair, vooral door de golven. Dit leek geen meer, maar eerder een zee, ook al was de overkant heel goed zichtbaar. De golven kwamen wellicht door de harde, snijdende wind. Na een aantal foto’s waren mijn handen zowat bevroren, dus ik maakte een ‘mental note’ om handschoenen aan te doen en een muts op te zetten om naar het restaurant te gaan.

Bij de laatste foto’s vroeg een jongeman in het Engels of wij met zijn telefoon een foto konden maken met het meer en de bergen op de achtergrond. Uiteraard deden we dat, en toen hij vroeg vanwaar we waren en we antwoorden dat we Belgen waren… bleek dat hij ook Belg was! Hij was ingenieur, had wat gespaard, en had een jaar zonder wedde genomen om door Zuid-Amerika te trekken. Hij woonde in Brussel maar was opgegroeid in Charleroi. Philippe heeft toen hij 13-14 jaar was een uitwisselingsproject gedaan bij een familie in de buurt van Charleroi om zijn Frans bij te spijkeren, en dat bleek niet ver te zijn van waar de jongeman is opgegroeid en waar zijn ouders nog steeds leven. De wereld is klein 🙂