Vanmorgen hebben we Hokkaido verlaten: met een fijne vlucht van Japan Airlines zijn we van Sapporo naar Fukuoka gevlogen, in het noorden van Kyūshū. Het is een zaligheid om het JAL te vliegen: de service is uitmuntend, het boordpersoneel is super vriendelijk en erg attent (de hoofdstewardess kwam zich persoonlijk verontschuldigen omdat de vlucht 10 minuten later dan voorzien zou landen!) en er is gratis WiFi tijdens de vlucht.
In Fukuoka trokken we eerst naar Acros, ook wel de ‘Step Garden’ genoemd. Argentijns architect Emilio Ambasz en Japans tuinarchitect Michio Tase bouwden er in het begin van de jaren 80 een gebouw met groene beplanting op het dak van de tweede tot de veertiende verdieping. Bij de bouw werden 76 variëteiten van in totaal 37.000 planten geplant. De jaren daarna werden nog extra planten toegevoegd en ook de verspreiding van zaden door vogels hebben geleid tot een nog grotere diversiteit in de tuin. Op dit moment zijn er 120 verschillende variëteiten en in totaal 50.000 planten. Op https://www.acros.or.jp/english/floor/stepgarden.html kan je de evolutie zien.
Daarna was het tijd voor het eerste kunstmuseum deze reis: het Asian Art Museum is het enige museum ter wereld dat op systematische wijze Aziatische moderne en hedendaagse kunst verzamelt en tentoonstelt.